Het waaide niet een beetje hard, gisteren aan de kust. Het waaide ontiegelijk hard. Zo hard dat zelfs de fanatiekste kitesurfers zich niet meer in zee waagden. Zo hard dat het doek dat voor reparatie om de vuurtoren was gespannen, eraf was gewaaid. Zo hard dat je eigenlijk alleen maar met je rug tegen de wind in kon lopen. Achterstevoren van noord naar zuid. Maar ook zo hard dat het zand dat ijlings over de kustlijn werd geblazen zich in de meest geniale patronen verspreidde, als lichtende nevels die met oerkracht vooruit werden gestuwd. Oorverdovend. Oogverblindend. Wat een natuurfenomeen.