Poespas

Op weg naar mijn werk fiets ik dagelijks door de Heulstraat, een deftig zijstraatje van het Noordeinde. Halverwege zit een stijlvolle interieurwinkel waar altijd een opzichtig bankstel in de etalage pronkt. En soms ligt daar – midden op de bank – een poes. Toen ik er voor het eerst langs kwam, dacht ik dat het de kat van de eigenaar was. Lekker lui in het zonnetje. Maar allengs kwam ik erachter dat de poes deel uitmaakte van de inventaris. Een namaakkat, maar niet van echt te onderscheiden. Fantastisch! Zo’n kat wilde ik ook wel.

Maar het bleef bij wensen, en ik kocht de kat niet. Want ja, wie koopt er nou een nepkat? Ondertussen wisselden in de etalage langhaar, korthaar en lapjeskat elkaar af. En de tijd verstreek. Tot ik onlangs met mijn kamerkoor een concert voorbereidde met als thema Gezellie!: veel hoogromantisch repertoire en een paar echte meezingers. Er waren accessoires nodig. Een paar van ons zouden gaan breien op het podium. Maar wat kon daar nog meer bij? En zo kwam opeens de kat weer in beeld!

Poes Simon

De ogen van de verkoper glunderden toen ik hem naar de kat op het bankstel vroeg. Een zwart harig hoopje met witte pootjes en een wit snoetje. Dit was poes Simon en zijn laatste exemplaar. Die katten bleven in trek. Een paar keer had hij al besloten de poes uit zijn voorraad te halen. Je moet toch ook eens vernieuwen? Maar klanten bleven er maar om vragen. En tja, stiekem vond hij het zelf toch ook wel leuk als oude Haagse dametjes met hun vingers tegen het raam tikten om te kijken of het beestje zou reageren.

Poes Simon ging mee naar huis en kreeg een mooi plekje op de fauteuil in de hoek van de kamer. Zijn gladde vacht glom prachtig in het zonlicht. Hij krulde zich op, gaf een paar kopjes en viel in een diepe slaap.

Kort daarna had Simon zijn primeur als concertkat. Terwijl wij kwinkeleerden lag hij prinsheerlijk op een zacht kussentje op het podium, en als onze dirigent aan het woord was, nestelde hij zich behaaglijk op onze schoot.
Het enige commentaar dat ik achteraf van hem kreeg, was dat we wel erg veel over andere beesten zongen, maar niet over poezen. Hij had flarden waargenomen van lammetjes, vlinders, bijen, kraaien en krekels, en heel veel zingende vogels. Dat deden we toch niet expres? Ik stelde hem gerust. Volgende keer zouden wij samen zingen. Een duet helemaal naar zijn aard. Simon knorde tevreden. Miaaaaauuuuw!

3 Comments

  1. Echt apart zo’n kat, ideaal eigenlijk voor als je geen kattenhuis hebt maar er wel graag een wilt. Dat duet was ook apart. Wel leuk eigenlijk, Ik wist niet dat het bestond!

    1. Ja, dat duet is een klassieker van Rossini. Ik moet er iedere keer weer zo om lachen als het goed wordt uitgevoerd!

  2. Ja, ik ook! Je moet er kattig bij doen anders is het niet leuk. Ik zag vanmiddag verschillende versies, ook met mannen, die kunnen dat niet, maar ook met Monserrat Caballé, die ik nogal hoog aansla. Zij deed het ook niet goed in die zin dat het te weinig kats was. Dat filmpje hierboven is dan wel erg goed.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s